Professional Documents
Culture Documents
Inhoud............................................................................................................2
iPad..................................................................................................................3
1. Probleemstelling
- Behoefte..............................................................................................4
- Werkwijze...........................................................................................7
- Technisch proces8
- Basisrecept9
2. Ontwerpen
- Probleemanalyse...10
- Criteria................................................................................................11
- Ontwerpoplossingen bedenken......................................................12
- Ontwerpoplossingen kiezen13
- Ontwerpoplossingen voorstellen...................................................14
3. Maken
- Analyseren...........................................................................................15
- Hulpmiddelen......................................................................................16
- Werkpost voorbereiden...................................................................18
- Hygineregels.19
- Realiseren...........................................................................................20
- Opruimen..............................................................................................22
4. In gebruik nemen/testen....................................................................24
5. Evalueren.................................................................................................25
6. Biochemische processen..26
- Positieve biochemische processen26
- Negatieve biochemische processen.27
- Conserveren..27
7. Reflectie............................................................29
8. Technische beroepen..............................................................31
9. Moeilijke woorden.................................................................................33
Tablet of smartphone
Dit projectje is tablet vriendelijk, wat wil
dit nu zeggen?
2. Staat er bij een opdracht een icoontje van een app, dan zal deze
op de iPad genstalleerd zijn en kan je deze ook eens uittesten,
leuk en leerrijk hoor
1. Probleemstelling
1. Behoefte
Een lekkere pannenkoek kan je in elke taverne of bistro verkrijgen,
maar verras je ouders eens door deze zelf te maken.
Tijdens dit project gaan
we veel onderzoeken.
Opdracht
Schrijf hieronder eens drie pannenkoekbereidingen op.
- ..
- ..
- ..
Weinig inspiratie?
Scan de volgende QR-code maar eens in, bij dit
pannenkoekenhuis kan je 290 verschillende
pannenkoekbereidingen terugvinden.
Behoefteonderzoek
Als we binnenkort onze eigen pannenkoekenbereiding
maken moet dit in de smaak vallen. Ga met behulp van
de onderzoekfiche op onderzoek bij familie en/of
leerkrachten (+10 personen) en tracht te achterhalen
wat ze van een lekkere pannenkoek verwachten.
Zoet =
voorbeeld: .
Hartig = ..
voorbeeld: .
Behoefte:
2. Werkwijze
Je werkt in groepjes van
Hulpmiddelen
Je mag deze projectbundel en alle andere hulpmiddelen zoals
keukenmateriaal, laptops, tablets, je smartphone, ... gebruiken.
Tijd
Je krijgt hiervoor 6 lesuren + 2 lesuren om pannenkoeken te maken de
tijd, treuzel dus niet.
Wat zal je leren?
- Foodmiles onderzoeken.
- Zelf een voedingsproduct (pannenkoeken) maken.
- Hulpmiddelen correct gebruiken en onderhouden.
- Een goed werktempo (attitude) hanteren.
Evaluatie
Zowel jij als je leerkracht zullen je realisatie (pannenkoekenbereiding)
en de verschillende stappen beoordelen.
3.
4.
5.
6.
3. Technisch proces
We werken steeds volgens het technisch proces eens
en vul verder aan met pannenkoeken in het
achterhoofd.
4. Basisrecept
Voor een pannenkoekenbereiding heb je eerst een
basisrecept voor de pannenkoek zelf nodig.
1.
2.
3.
4.
.
.
.
.
www.solo.be/nl/zoeken/pannenkoeken/
2. Ontwerpen
Het basisrecept staat al zo goed als vast, daar kunnen we niet veel
meer aan veranderen. Met de toevoegingen (zeker n inheems
ingredint)om een compleet recept te maken hebben we toch wel wat
vrijheid.
1. Het ontwerpprobleem analyseren
Voor onze pannenkoek gebruiken we een basisrecept
(stappenplan), wij kunnen hierin enkel de
hoeveelheden en toevoegingen aanpassen.
Je hebt de
foute
mogelijkheid
aangekruist.
zwak
goed
Zeer goed
Je hebt de
juiste
mogelijkheid
aangekruist.
Ik
De leraar
10
2. Criteria
Criteria zijn een duidelijke omschrijving waaraan een realisatie moet
voldoen, of eigenschappen die ze moet bezitten.
Een kok moet zeker rekening houden met een aantal
criteria bij zijn ontwerp (bedenken van een recept),
denk maar aan: smaak, presentatie, vorm,
Criteria
1. Je pannenkoek vertrekt van het
basisrecept. (bloem, eieren, melk)
2. Je voegt minstens 1 hartig of zoet
ingredint toe.
3. Je toegevoegde ingredint moet
inheems zijn.
Evaluatie: criteria
Criteria en
normen
Zeer zwak
Je hebt voor
geen enkel
criteria zelf
een keuze
gemaakt.
zwak
Je hebt voor 1
zelf een keuze
gemaakt.
goed
Je hebt voor
2 criteria zelf
een keuze
gemaakt.
Zeer goed
Je hebt voor
elk criterium
zelf een keuze
gemaakt.
Ik
De leraar
11
Criterium
Je pannenkoek vertrekt van het
basisrecept. (bloem, eieren, melk, )
Deeloplossing 1
Deeloplossing 2
Niet alle
deeloplossingen
zijn ingevuld op
basis van de
onderzoeksresultaten.
zwak
goed
zeer goed
Alle deeloplossingen
zijn ingevuld op basis
van de
onderzoeksresultaten.
Ik
De leraar
12
Zeer zwak
Er is niet voor
alle criteria
een best
passende
oplossing
omcirkeld.
zwak
goed
Zeer goed
Er is voor elk
criterium de best
passende
deeloplossing
omcirkeld.
IK
De leraar
5. Ontwerpoplossing(en) voorstellen
Stel nu jullie oplossingen voor aan de ganse
klas, gebruik hiervoor de bevestigingstabel en
eventueel zelfgemaakte voorbeelden of
voorbeelden uit de klas.
Zeer zwak
Niet alle
criteria zijn
voorgesteld
met de best
passende
oplossing.
zwak
goed
Zeer goed
Alle criteria
zijn
voorgesteld
met de best
passende
oplossing.
Ik
De leraar
14
3. Maken
1. De maakopdracht analyseren
Voor gistpannenkoeken voegen we bij het
basisrecept nog iets extra toe.
Zeer zwak
Je plaatste
geen enkele
stap in de
juiste volgorde.
zwak
Je plaatste
meer dan drie
stappen niet in
de juiste
volgorde.
goed
Je plaatste
een, twee of
drie stappen
niet in de
juiste volgorde.
Zeer goed
Alle stappen
staan in de
juiste volgorde.
Ik
De leraar
16
Pannenkoek maken
1. Scheid het eiwit van het eigeel.
Hulpmiddel
Zeer zwak
Je hebt meer
dan 4
hulpmiddelen
niet of fout
ingevuld.
zwak
Je hebt 3 of 4
hulpmiddelen
niet of fout
ingevuld.
goed
Je hebt 1 of 2
hulpmiddelen
niet of fout
ingevuld.
Zeer goed
Je hebt alle
hulpmiddelen
juist ingevuld.
Ik
De leraar
17
3. De werkpost voorbereiden
Leg steeds alle hulpmiddelen ordelijk klaar
voor je aan de realisatie begint.
Zeer zwak
Je hebt het
materiaal niet
klaar gelegd.
zwak
Je hebt het
materiaal soms
klaar gelegd.
Goed
Je hebt het
materiaal
meestal klaar
gelegd.
Zeer goed
Je hebt het
materiaal altijd
klaar gelegd.
Ik
De leraar
18
4. Hygineregels
Aangezien we een voedingsproduct maken en
niet ziek willen worden gaan we toch enkele
hygineregels in acht moeten nemen.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
19
20
Zeer zwak
Je hebt niet
alle stappen
planmatig
doorlopen.
zwak
goed
Zeer goed
Je hebt alle
stappen
planmatig
doorlopen.
Ik
De leraar
Zeer zwak
Je gebruikt
het hulpmiddel
niet in functie
van het doel.
zwak
goed
Zeer goed
Je gebruikt
het juiste
hulpmiddel in
functie van het
doel.
Je gebruikt
het hulpmiddel
niet correct
zelfs met hulp
van de leraar.
Je gebruikt
het hulpmiddel
correct met
hulp van de
leraar.
Je gebruikt het
hulpmiddel
correct zonder
hulp van de
leraar maar
met
instructiekaart.
Je gebruikt
het hulpmiddel
correct en
zelfstandig.
Ik
De leraar
21
onderhouden
2.
3.
Ik
De leraar
Onderhouden van
gebruikte
hulpmiddelen.
Ik
De leraar
Verantwoordelijk
heidszin tonen
Zeer zwak
Je hebt geen
onderhoudsmethode
gegeven
zwak
Je hebt een
methode
gegeven voor 1
hulpmiddel.
goed
Je hebt een
methode
gegeven voor 2
hulpmiddelen.
Je hebt de
hulpmiddelen
niet
onderhouden.
Je hebt niet
afgewassen.
Zeer goed
Je hebt een
onderhoudsmethode gegeven
voor 3
hulpmiddelen.
Je hebt de
hulpmiddelen
onderhouden.
De leerkracht
heeft je doen
afwassen
Je hebt iemand
geholpen met
de afwas.
Je bent zelf
begonnen met de
afwas..
Ik
De leraar
22
Voedingsafval: ......................................................................................
Plastic melkfles: ..................................................................................
Melkkarton: .......................................................................
Gebruikte haarnetjes: ............................................................
Evaluatie: Ruimen de werkpost op.
De werkpost
opruimen
Zeer zwak
Je hebt het
materiaal en
afval nooit op
de juiste plaats
opgeborgen.
zwak
Je hebt het
materiaal en
afval soms op
de juiste plaats
opgeborgen.
Goed
Je hebt het
materiaal en
afval met hulp
op de juiste
plaats
opgeborgen.
Zeer goed
Je hebt het
materiaal en
afval steeds
zelfstandig op
de juiste plaats
opgeborgen.
Ik
De leraar
23
4. In gebruik nemen
Hoe zou je de pannenkoek kunnen testen
als hij klaar is?
...............................................................................................
voldoet niet.
Zeer zwak
Je geen
criterium
getest.
zwak
Je hebt 1
criterium
getest en
ingevuld of ze
voldoen of niet.
goed
Je hebt 2
criteria getest
en ingevuld of
ze voldoen of
niet.
Zeer goed
Je hebt alle 3
criteria getest
en ingevuld of
ze voldoen of
niet.
Ik
De leraar
24
5. Evalueren
In de tabel blz. 24 heb je alle criteria
gecontroleerd, nu een paar belangrijke
vragen:
Ja
Neen
Zeer zwak
De evaluatie is
niet ingevuld.
Er is geen
conclusie
ingevuld om het
technisch
proces te
optimaliseren.
zwak
goed
Zeer goed
De evaluatie is
ingevuld.
Er is een
conclusie
ingevuld om het
technisch
proces te
optimaliseren.
Ik
De leraar
25
6. Biochemische processen
1. Positieve biochemische processen
Om van luchtige pannenkoeken te maken
hebben we gist toegevoegd, wat is eigenlijk
de biochemische functie hiervan?
Onderzoekje
1. Leg een stukje appel in een bekertje.
2. Neem de ideale leefomstandigheden van bacterin weg.
3. Dompel je appel onder in:
Azijn
Suiker
Zout
Alcohol
Olie
27
Zeer zwak
Je kan de
positieve
biochemische
werking niet
toelichten.
zwak
goed
Zeer goed
Je kan de
positieve
biochemische
werking
toelichten.
Je kan de
negatieve
biochemische
werking niet
toelichten.
Je kan de
negatieve
biochemische
werking
toelichten.
Je kan niet
toelichten hoe
conserveren
van voeding
werkt.
Je kan
toelichten hoe
conserveren
van voeding
werkt.
Ik
De leraar
28
7. Reflectie
Attitude
Zelfstandig
werken
Zeer zwak
zwak
goed
Ben alleen
gericht op die
zaken,
opdrachten die ik
graag doe.
Voer soms
opdrachten uit
die ik niet
graag doe.
Voer alle
opdrachten
op aanwijzing
kwaliteitsvol
uit, toon
meestal
inzet.
Zeer goed
Voer spontaan
kwaliteitsvol
opdrachten uit,
ook al liggen ze
mij niet goed
Ik
Leraar
Stiptheid
Was n maal
niet in orde.
Ik
Leraar
Kritische
ingesteldheid
Ik
Leraar
O Ja
O Neen
O Neen
Zeer zwak
Ik geen
ontdekte
talent(en)
opgeschreven
zwak
goed
Zeer goed
Ik heb mijn
ontdekte
talent(en)
opgeschreven.
ik
De leraar
30
8. Technische beroepen
Er zijn vele interessante beroepen waar men met voeding, biochemie,
transport, te maken krijgt.
Opdracht :
Teken op een A4 blad een eenvoudig technisch proces (zie blz.8)
en zet er telkens een beroep bij dat daarmee te maken heeft.
Probeer een beetje creatief te zijn, je mag afbeeldingen gebruiken
en/of tekeningen maken
Schrijf bij elke stap een verklaring in je eigen woorden.
Schrijf de stappen van het TP hier eerst nog eens op:
1.
2.
3.
4.
5.
.
.
.
.
.
O Neen
O Neen
31
Ik
De leraar
Beschrijven met
eigen woorden de
stappen TP.
Zeer zwak
Ik kan minder
dan drie
stappen van
het TP
opsommen.
zwak
Ik kan drie
stappen van het
TP opsommen.
Ik kan minder
dan drie
stappen van
het TP
beschrijven
met eigen
woorden.
Ik kan drie
stappen van het
TP beschrijven
met eigen
woorden.
goed
Ik kan vier
stappen van het
TP opsommen.
Zeer goed
Ik kan de vijf
stappen van het
TP opsommen.
Ik kan vier
stappen van het
TP beschrijven
met eigen
woorden.
Ik kan de vijf
stappen van het
TP beschrijven
met eigen
woorden.
goed
Ik gaf bij drie
of vier stappen
een beroep.
Zeer goed
Ik gaf bij elke
stap een
beroep.
Ik
De leraar
Ik
De leraar
Belang erkennen van
technische beroepen
zonder onderscheid
jongens-meisjes
Zeer zwak
Ik gaf bij
geen enkele
stap een
beroep.
Ik vulde de
Ja/neen
vragen niet in.
zwak
Ik gaf bij n of
twee stappen
een beroep.
Ik vulde de
Ja/Neen vragen
in.
Ik
De leraar
32
9. Moeilijke woorden
Moeilijke woorden die je niet begrijpt, schrijf je in de eerste
kolom. Daarna zoek je met de ganse groep in een woordenboek of op
het internet naar een verklaring, je bevindingen schrijf je in een
groene kleur in de verklaringskolom. Woordjes die dan nog niet
gevonden zijn leggen we voor aan de ganse klas en verduidelijken we
in een zwarte kleur.
Moeilijk woord
Woordverklaring
33