You are on page 1of 7

Bureau van de Vincentiaanse familie

Voorzitter

Vast e n 20 19

Pel g r imsto cht van het har t

G e e ste l i jke le i d i ng
S a crame nt va n d e ver zoening
D e le n va n h et g e l oo f
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
Rome, Vasten 2019

Beste leden van de Vincentiaanse familie over de ganse wereld,


Moge de genade en de vrede van Jezus altijd met ons zijn!

Nu wij aan de Vasten begonnen zijn, danken wij Jezus met een grote innerlijke
vreugde voor deze heilige tijd van het jaar die ons helpt om zijn gebaren van
oneindige barmhartigheid tegenover ons, tegenover anderen en tegenover de
ganse mensheid te verstaan en te zien met de ogen van het hart.
Wij zetten onze reflectie verder naar het voorbeeld van de vorige brieven over
de elementen die de Vincentiaanse spiritualiteit vorm gegeven hebben en die ertoe
geleid hebben dat de heilige Vincentius a Paulo een mysticus van de Caritas werd. In
de laatste brief van de Advent hebben wij één van de belangrijkste bronnen
opgeroepen waaruit Vincentius geput heeft als mysticus van de Caritas: het dagelijks
gebed. In deze brief van de Vasten zou ik willen nadenken over andere bronnen die
van Vincentius een mysticus van de Caritas gemaakt hebben: de spirituele leiding,
het sacrament van de Verzoening en het delen van het geloof.
Ik nodig ons allen uit om van deze Vasten een pelgrimstocht te maken, een
bedevaart van het hart, naar het Hart van Jezus en naar ons hart. Indien die twee
harten elkaar ontmoeten, indien beide harten vervuld zijn van dezelfde gedachten en
dezelfde verlangens, zullen alle daden die wij stellen, op elk moment van ons leven,
heilige daden zijn. Jezus zal ons hart vervullen door zijn aanwezigheid, zelfs in de
kleinste hoekjes en ons hart zal een hart zijn naar zijn Hart.
In de archieven van het Moederhuis van de Congregatie van de Missies in
Parijs worden twee lijsten bewaard van conferenties die Vincentius gegeven heeft in
Saint-Lazare. De ene lijst bevat de periode van 1656 tot 1660 en is van de hand van
René Alméras, assistent in het Moederhuis en later opvolger van Vincentius als
Generale Overste. De andere lijst gaat van 1650 tot 1660 en werd geschreven door
Jean Gicquel, plaatsvervangend assistent. Geen van beide lijsten is volledig, maar de
aangeduide data en onderwerpen voor de conferenties van februari 1652, 1653,
1654 en begin maart 1655 duiden aan dat Vincentius zich jaarlijks, in het begin van
de Vasten, richtte tot zijn medebroeders. Ziehier een typisch voorbeeld:

Februari 1652 – Deze vasten goed doorbrengen


De verplichtingen die wij hebben om deze vasten vromer en aandachtiger door te
brengen dan alle vorige..
Wat iedereen denkt dat goed is om te doen om hem goed door te brengen (Coste
XII, 457).

2
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
Vincentius zelf zegt ons dat de leden van de Conferenties op dinsdag elk jaar
over het goed gebruik van de Vasten spraken (Coste XI, 89) en, niettegenstaande wij
slechts enkele allusies op de Vasten gevonden hebben in zijn conferenties aan de
Dochters van Liefde, kan men zich moeilijk voorstellen dat hij zich daarover ook niet
met de Zusters onderhouden zou hebben.

Spijtig genoeg heeft geen enkele Vastenconferentie van Vincentius ons


bereikt. In zijn brieven en andere geschriften verschijnen verspreide referenties, maar
de meeste van zijn woorden over de Vasten zijn verdwenen. Bewust van het belang
dat Vincentius hechtte aan het “goed doorbrengen van die Vasten”, ondernemen wij
een pelgrimstocht, een bedevaart van het hart terwijl wij nadenken over drie
belangrijke bronnen die aanwezig zijn in de Vincentiaanse traditie en spiritualiteit,
namelijk: de geestelijke leiding, het sacrament van de verzoening en het delen van
het geloof.

De geestelijke leiding
De geestelijke leiding die ons moet helpen op onze levensweg, bestaat erin
op een eenvoudige en vertrouwelijke manier te spreken met een geestelijke
leidsman over onze vreugden en verdriet, over onze dagelijkse strijd, over ons succes
en onze mislukkingen. Weinig dingen zijn nuttiger voor het omgaan met diepe
gevoelens, zorgen en problemen dan een “vertrouwenspersoon” die ons begrijpt en
de valstrikken kent die op onze weg kunnen komen. De strijd die we kennen rond
delicate kwesties zoals seksualiteit is dikwijls hinderlijk, maar er open over spreken
met een ervaren begeleider is meestal de eerste wijze stap om een oplossing te
vinden.
De heilige Vincentius heeft dikwijls gesproken over de noodzaak van
geestelijke leiding. Op 23 februari 1650 schreef hij aan Zuster Jeanne Lepintre: “Het
is waar, mijn Zuster, de geestelijke leiding is zeer nuttig; zij is een plaats van raad in
moeilijkheden, een aanmoediging in tegenslag, de toevlucht bij beproevingen, de
sterkte bij vervolging; uiteindelijk is zij een bron van het goede en van troost wanneer
de begeleider zeer liefdevol, verstandig en ervaren is” (Coste III, 614). Omgekeerd
kunnen problemen die te lang achtergehouden worden of die wij zelf proberen
alleen op te lossen, leiden tot grote persoonlijke verwarring en uiteindelijk
ontploffen. Vincentius was er zich van bewust dat de uitoefening van de geestelijke
leiding helaas soms in onbruik geraakt na de priesterwijding of na het afleggen van
de geloften. Daarom heeft hij die uitdrukkelijk aanbevolen aan diegenen die naar
Saint-Lazare gingen voor de retraites van de wijdelingen (Coste XIII, 142).
Het doel om te spreken met een geestelijke begeleider, duidelijk uitgedrukt
sinds de tijd van de woestijnvaders en -moeders, is eenvoudig: het gaat om de
zuiverheid van het hart. Vincentius heeft geestelijke leiding dan ook minstens enkele
keren per jaar aanbevolen (vgl. de algemene regels van de Congregatie van de
Missie X, 11), in het bijzonder tijdens de retraites of de liturgische tijden zoals de
vasten.

3
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
Zoals de heilige Vincentius a Paulo al zijn medebroeders, de zusters en in het
algemeen alle gewijde personen zo duidelijk aangespoord heeft om een geestelijke
begeleider te hebben, een menslievende vertrouwensman die voorzichtig is en
ervaren, zou ik elk lid van de Vincentiaanse familie, zowel gewijde leden als leken,
willen aanmoedigen om een geestelijke begeleider te hebben om hem te
vergezellen op zijn pelgrimstocht. De heilige Vincentius heeft de gewijde personen
aangespoord om de geestelijke leiding niet te beperken tot de periode van initiële
vorming - het postulaat, intern seminarie, seminarie - zonder het verder te zetten,
maar de geestelijke leiding te integreren in hun geestelijk parcours gedurende heel
hun leven.

Iedere persoon neemt met zijn geestelijke begeleider een beslissing over het
ritme van de ontmoetingen voor de geestelijke leiding. Onze stichter heeft
gesuggereerd om die tenminste enkele keren per jaar te houden. Dat zou om de
twee of drie maanden kunnen. In dit opzicht heeft elk van de verschillende
congregaties die tot de Vincentiaanse familie behoren, zijn eigen Constituties en
Statuten die op een concrete manier spreken over geestelijke leiding en over de
manier waarop deze in zijn leven uitgevoerd kan worden.

Het sacrament van de Verzoening


Paus Franciscus heeft een sterk accent gelegd op de goddelijke
barmhartigheid. Het eerste woord van zijn spreuk is: Miserando atque Eligendo (wat
we vrij kunnen vertalen als: “door de barmhartige keuze van God”). In het begin van
zijn pontificaat heeft hij op een zondag, bij het Angelus, zijn toehoorders aanbevolen
om het boek van Kardinaal Walter Kasper te lezen: Barmhartigheid: fundamenteel
begrip van het Evangelie, sleutel van het christelijk leven.
Vier eeuwen eerder dacht de heilige Vincentius ook dat de barmhartigheid de
kern vormt van de Blijde Boodschap. Hij beschrijft haar als “… deze mooie deugd
waarover gezegd wordt: ‘Het kenmerk van God is de barmhartigheid’ ” (Coste XI, 364).
Het sacrament van de Verzoening is de viering van Gods barmhartigheid
jegens ieder van ons. Het is een rituele dialoog tussen: 1) God die, in zijn grote
barmhartigheid, voortdurend probeert om bij ons te komen, en 2) wijzelf, die de
noodzaak van zijn barmhartigheid erkennen. Hij biedt vrede aan al wie in alle
nederigheid zijn zonden erkent.
De waarheid in eenvoud vertellen is essentieel in het sacrament van de
Verzoening, net als bij de geestelijke leiding. Wij gaan biechten om onze zonden
eenvoudigweg tegenover God uit te drukken, omdat wij ervan overtuigd zijn dat zijn
helende liefde ons bereikt via de sacramentele tekenen. De kwaliteit van onze relatie
met de biechtvader zal grotendeels afhangen van de transparantie waarmee we
onszelf onthullen. Het is dus noodzakelijk dat een dergelijke relatie gekenmerkt
wordt door een vrije openheid van zichzelf en door de zorg om te vermijden dat
“verborgen hoeken” van ons leven behouden blijven.

4
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
De heilige Vincentius a Paulo roept ons op om dikwijls onze toevlucht te
nemen tot het sacrament van de Verzoening “om in staat te zijn ons te verzekeren van
een voortdurende bekering en trouw aan onze roeping” (Constituties van de
Congregatie van de Missie 45 § 2). In het licht van die aanmoediging en
geïnspireerd door de geest van Jezus, nodig ik elk lid van de Vincentiaanse familie
uit om Jezus persoonlijk en regelmatig te ontmoeten in het sacrament van de
Verzoening.

Velen onder u, misschien de meesten onder u, ontmoeten Jezus in het


sacrament van de Verzoening tenminste elke maand, zelfs vaker. Ik zou van deze
gelegenheid gebruik willen maken om de leden van de Vincentiaanse familie die
misschien de gewoonte niet hebben om Jezus regelmatig te ontmoeten in het
sacrament van de Verzoening, aan te moedigen om de uitnodiging van Jezus
eenmaal per maand te beantwoorden en er een regelmatige oefening van te maken
in hun spirituele tocht.

Het delen van het geloof


Ten tijde van Vincentius gaven oefeningen, zoals de herhaling van een gebed
en het beoefenen van berouw, aan de leden van de Vincentiaanse familie de
gelegenheid om hun geloof dikwijls te delen en openlijk hun fouten te erkennen. Na
verloop van tijd zijn die oefeningen jammer genoeg conventioneel en een routine
geworden zodat zij geleidelijk de spontaniteit verloren hebben die hen levendig
maakte.

Nochtans heeft het delen van het geloof nog steeds waarde. Doorheen de
eeuwen zijn verschillende vormen van het delen van het geloof opgedoken.
Geestelijke vaders hebben ons een methode of stappen doorgegeven om ons te
helpen bij het luisteren naar het Woord van God, om open te staan om Hem in ons
hart te ontvangen en om de inspiratie van de Heilige Geest te ontvangen teneinde te
verstaan wat Jezus ons persoonlijk wil zeggen via een bepaalde tekst. Daarna, in alle
eenvoud en nederigheid, delen wij die met de groep, de communiteit. Het is een
“heilig land” waar wij ons veilig vinden, niet worden beoordeeld, zonder kritiek, maar
waar naar ons geluisterd wordt en waar we als gelijken aanvaard worden, zoals wij
zijn op dit ogenblik van onze spirituele tocht. In een dergelijke omgeving, in zulke
communiteit, in zo’n ontmoeting van het delen van het geloof, verdiepen wij onze
relatie met Jezus, met onszelf, met de anderen.

Vincentius hield er van dat het delen openhartig en concreet zou zijn. Hij zei:
“Het is een goede gewoonte om tot het detail van vernederende dingen te komen
wanneer de voorzichtigheid toelaat dat men die luidop verklaart, wegens het
voordeel dat men eruit trekt, terwijl men zichzelf overwint in de afkeer die men
voelt om te ontdekken en te onthullen wat de trots liever verborgen wil houden. De
heilige Augustinus zelf heeft de geheime zonden van zijn jeugd gepubliceerd in

5
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
een boek opdat de hele wereld alle brutaliteit van zijn vergissingen en de excessen
van zijn losbandigheid zou kennen. En heeft dat uitverkoren werktuig, de heilige
Paulus, de grote apostel die naar de hemel weggerukt was, niet bekend dat hij de
Kerk vervolgd had? Hij heeft het zelfs neergeschreven opdat men tot het einde der
eeuwen zou weten dat hij een vervolger geweest was” (Coste XI, 53-54).

Onder andere vormen van het delen van het geloof die u kent of die u in prakrijk kan
stellen in uw eigen communiteiten of groepen, laat mij toe u een model voor te
stellen dat het opschrift “de zeven stappen” kreeg, een schema dat gebruikt kan
worden in onze communiteiten of in elke andere groep.

Zeven stappen:
Wij herinneren ons de aanwezigheid van de Heer.
Iemand begint met een gebed of een lied.
Wij lezen een tekst.
Iemand leest een tekst uit de Bijbel, een uittreksel van de heilige
Vincentius of een andere.
Wij laten God spreken in stilte.
Wij zwijgen gedurende een bepaalde tijd en laten God tot ons spreken.
Wij kiezen woorden of zinnen die ons treffen.
Elke persoon kiest een korte zin of een woord en zegt die luidop in het
gebed, terwijl de anderen zwijgen.
Wij delen wat we gehoord hebben in ons hart.
Wat heeft ons persoonlijk getroffen in de lezing of in het gebed?
Wij spreken over wat elk van ons of de gehele groep geroepen is om te
doen.
Is er iets waartoe wij geroepen zijn om het te doen?
Wij bidden samen.
Wij eindigen met een gebed of een lied.
Het delen van het geloof is een “heilig land” waar wij onze schoenen uitdoen
om ons in alle eenvoud en nederigheid voor Jezus te stellen. Het delen van het
geloof is geen moment waarop wij, na het beluisteren en mediteren over het Woord
van God, een korte homilie houden of een korte exegese geven van de tekst die we
zopas gelezen hebben terwijl wij de rol overnemen van een leraar. Het delen van het
geloof bestaat er veeleer in te luisteren en te mediteren over wat Jezus persoonlijk
zegt tot elk van ons, en dat daarna te delen met de groep, met onze communiteit.

Jezus is degene die geneest en wij zijn geroepen om genezers te worden met
onze wonden, volgens zijn Hart. Het is mogelijk om onze zwakheden, onze
uitdagingen, ons onbehagen en onze innerlijke strijd te delen met een groep, met de

6
Bureau van de Vincentiaanse familie ❖ Voorzitter
communiteit, wanneer we ons niet bedreigd, beoordeeld of verworpen voelen, maar
ook wanneer wij ons ten volle gerespecteerd, aanvaard, geliefd voelen, in een
context waar we ons als echte broeders en zusters voelen, zeer dierbare vrienden die
elkaar helpen op hun levensweg.

In onze communiteiten van gewijd leven is onze gebruikelijke manier om


samen te zijn waarschijnlijk de Eucharistie, het dagelijks gebed, de gezamenlijke
gebedsstonden, de maaltijden, de ontspanningen, de communautaire vergaderingen
enz. Op die verschillende momenten zou ik graag de congregaties van gewijd leven
uitnodigen, evenals alle lekenafdelingen van de Vincentiaanse familie, om na te
denken over de mogelijkheid een uitwisseling over het delen van het geloof in te
voeren, volgens een methode die elke congregatie of groep het meest aanspreekt,
waarbij zij er één kiezen tussen de vele die zij zelf kennen of die hen voorgesteld
worden. De methode die ik in deze vastenbrief voorgesteld heb, is een voorbeeld.

Elke communiteit kan nadenken en beslissen met welke frequentie een


ontmoeting over het delen van het geloof georganiseerd kan worden: eenmaal per
week, een keer in de maand, meermaals in het jaar, in functie van de liturgische
kalender of volgens een totaal ander ritme dat door de communiteit of de groep
gekozen wordt. Veel communiteiten en groepen beoefenen reeds het delen van het
geloof. Ik richt deze uitnodiging en deze aanmoediging aan de communiteiten en
aan de groepen waar dit nog niet van toepassing is.

We ondernemen samen een “pelgrimstocht van het hart”. Een diepere reflectie
over de geestelijke leiding, het sacrament van de Verzoening, het delen van het
geloof en hun invoering als onze regelmatige “gezellen” verzekeren ons dat onze
pelgrimstocht zijn doel zal bereiken: het Hart van Jezus verenigen met ons eigen hart
om als zendelingen van de armen het hart van iedereen effectiever te bereiken.

Uw broeder in de heilige Vincentius,

Tomaž Mavrič, C.M.


Voorzitter

You might also like