You are on page 1of 40

Videotechnologie

Docent: NICOLAS Cladakis

Om iets over film te weten en wat er allemaal kan gebeuren tijdens de opnames
kijken we naar de film une nuit American. Dat geeft een goed beeld van wat er kan
mislopen bij een langspeelfilm. En als je denkt dat ze overdrijven, in het echt is het
nog veel erger.

Weetje: De voorloper van de cinema is, hoe raar het ook mag klinken, de
opera. Opera was waar alle kunst voor het eerst bijelkaar gebruikt
werd.
Een goede regisseur weet evenveel van techniek als van creatieve toestanden.
Nicolas Cladakis

Enkele termen;

 Fotogram
1 beeldje op een filmstrook. (Pelucule)

 Beeld(je)
1 beeldje op een filmstrook of 1 beeldje op video.
Of een beeld dat opgenomen wordt.

 Shot (opnamen)
Een ononderbroken opname van de camera. Begint vanaf er op de start wordt
gedrukt op de camera en eindigt wanneer er op stop wordt gedrukt.

 Take
Het aantal pogingen die nodig zijn om een shot op te nemen.

 Sequens
Een aantal shots die een eenheid vormen van decor, tijd of gedachten.

 Setup
De instellingen van de camera.
(Best altijd nakijken als je niet met je eigen camera werkt.)

 Safeties
Een opnamen volledig opnieuw doen voor de veiligheid. Wordt vooral
gedaan als je met pellecule draait. Alles zat goed in het vorige shot maar het
wordt toch nog opnieuw opgenomen.

Notities 1 1 film a
Christophe De Backer
 Re-take
Het zelfde shot opnieuw draaien.

 Cut – in
Van een long shot een close-up nemen door in te zoomen.
Camera neemt niet op tijdens het zoomen.

 Cut–away
Erg handig om as-fouten of andere problemen op te lossen in de montage. Dit
zijn beelden van onderwerpen die eigenlijk niets met de actie te maken
hebben maar onrechtstreeks toch aan de actie deelnemen.

Nu is het echter belachelijk om nog een cut−away in je montage te


gebruiken.
 Reactieshot
Een shot waarop iemand reageert op de actie die gebeurd in het vorige shot.

 Luistershot
Iemand die aan het luisteren is naar een persoon in het vorige shot. Wordt
meestal gebruik bij interviews.

 Pack – shot.
Voor in de reclame. Een shot waarin het product te zien is in zijn originele
reclame.

 Insert
Een beeldvullende close-up van actie die plaatsvindt. Brieven, posters, hand
die iets opschrijft, een bom plaatsen, …

 Scène
Het gebeuren van de handeling.

 Camerahoogte
Omdat bij een langspeelfilm alles reproduceerbaar moet zijn, zijn er enkele
dingen die je moet opschrijven voor het geval dat je ze opnieuw moet gaan
draaien. De camerahoogte is daar één van.

Camera

Camerahoogte

Vloer
Gemeten tot de helft van het filmoppervlak.

Notities 2 1 film a
Christophe De Backer
Camera Obscura

Een camera obscura (Latijn voor donkere kamer) is een verduisterde doos waarbij in
een van de wanden een klein gaatje is aangebracht, later ook wel een lens. Het
hierdoor invallende licht werpt een afbeelding van de buitenwereld op de
tegenoverliggende wand. Net zoals bij afbeelding door een lens het geval is, wordt
de buitenwereld op zijn kop afgebeeld.

Voordat er gebruik werd gemaakt van lenzen, was de regel hoe kleiner het gaatje hoe
scherper het beeld. Dus als je zelf een camera obscura wil maken, prik met een naald
door je schoendoos. Let wel op, hoe kleiner het gaatje hoe langer je het moet
belichten.

Zoals bij de meeste dingen in de geschiedenis, waren de oude Grieken ons natuurlijk
al voor.

In de Victoriaanse tijd werden er camera obscura's gebouwd ter grootte van een huis,
waar men tegen betaling een blik kon komen werpen op de omgeving.

Het is zelfs zo dat kunstschilders de camera obscura hebben gebruikt als hulpmiddel
om de werkelijkheid nauwkeurig over te kunnen nemen op hun doek. Er is heel wat
speculatie over de werken van Vermeer. Volgens sommige heeft hij zijn
meesterwerken geschilderd door gebruik te maken van de camera obscura.

Notities 3 1 film a
Christophe De Backer
Het is zelfs zo dat Johannes Vermeer en Antoni van Leeuwenhoek stadsgenoten
waren. Ze leefden rond dezelfde tijd te Delft een stad in Zuid-Holland in Nederland.
Van Leeuwenhoek is waarschijnlijk het meest bekend door zijn verbeteringen aan de
microscoop. Omdat Antoni van Leeuwenhoek bij het afwikkelen van de
nalatenschap van Johannes Vermeer, de functie van executeur-testamentair (Een
executeur (voorheen executeur-testamentair) is degene, die het testament of de zelf met de
hand geschreven laatste wilsbeschikking (codicil) van een erflater ten uitvoer brengt, nadat
deze is overleden.) vervulde, wordt vaak aangenomen dat de twee Delftenaren goed
bevriend waren. Voortbordurend op dit thema opperen sommigen de mogelijkheid
dat Van Leeuwenhoek model heeft gestaan voor Vermeers schilderijen De Geograaf
en De Astronoom, en dat hij de kunstenaar misschien voorzag van lenzen voor diens
camera obscura. Het zijn beweringen waarvoor elk bewijs ontbreekt.

De camera obsucra met lens:

Beeldopname element

Het ontstaan van het beeld.


0-referentie
Center
Onderwerp Lens Onderwerp
in camera

Notities 4 1 film a
Christophe De Backer
De zoomlens

Een Sigma-zoomlens (fotografie)

Een zoomlens of zoomobjectief is een lenzenstelsel met een variabele


brandpuntsafstand. Zulke lenzen worden veel toegepast op foto-, film en
videocamera's. Ze bieden de mogelijkheid om met een simpele draai- of
schuifbeweging ofwel motorisch de brandpuntsafstand en daarmee de beeldhoek
aan te passen aan het onderwerp ter verkrijging van de best mogelijke compositie.
De verandering van de brandpuntsafstand wordt verkregen door bepaalde lenzen of
lensgroepen van het objectief ten opzichte van elkaar te laten verschuiven. In de
professionele sector bestaat inmiddels een objectief met een zoombereik van 1:300
van het Amerikaanse bedrijf Panavision.

Er wordt dus ingezoomd op het beeld, niet op het onderwerp.


ingezoomd
beeld beeld

Groothoek Lenzen
lens die zoomen

Notities 5 1 film a
Christophe De Backer
Scherpte

Scherpte zicht

In het menselijk oog zit er ook een lens


die ons toelaat scherp te zien. Met ons
oog zien we alles 180° rondom ons. We
denken heel onze omgeving scherp is.
Maareigenlijk is er maar 1° scherp. De
rest is scherp omdat we het al een keer
scherp hebben gezien en ons geheugen
dit heeft onthouden.

De cornea, waarvan het bolronde


oppervlak het voornaamste
lichtbrekende element van het oog is,
projecteert samen met de ooglens
waarvan de verstelbare brekende functie voor de scherpstelling wordt gebruikt, een
scherp, ondersteboven staand beeld op het netvlies. De lichtsterkte ervan wordt, net
als bij een camera, geregeld door een diafragma. Bij de mens heeft het regenboogvlies
de functie van diafragma. Kringspiertjes trekken dit afhankelijk van de lichtsterkte in
meer of mindere mate dicht.

Ons oog werkt dus als een camera. Ons oog doet het gelukkig automatisch maar bij
de camera moeten wij het doen.

Notities 6 1 film a
Christophe De Backer
Het is de bedoeling om de kijker te laten geloven dat hij een voyeur is
dus hier enkele tips hoe je dit doet, met andere woorden een cursus voor
een peepshow te maken.

 Shot tegen shot


Erg klassiek maar het werkt altijd.

30°
30°

Camera 1 Camera 2

De hoeken moeten hetzelfde zijn.

 In de camera kijken
Als je in een film of tv-serie je acteur recht in de camera gaat laten kijken dan ga je de
kijker meer betrekken bij je verhaal. Dit mag niet. Het is de bedoeling dat de kijker een
voyeur is van de actie. Als het personage in de camera kijkt voelt de kijker zicht
betrapt, bang of hij verschiet heel hard.

Bij een nieuwsverslag is het natuurlijk wel de bedoeling dat er recht in de camera
wordt gekeken. De nieuwslezer deelt iets mee aan de kijker thuis.

 Narratieve
Het verhalende

Een goede cameraman houdt een mogelijke montage altijd in het achterhoofd.
 Lens met vast hoek
Benamingen: Vaste lens
Vast objectief
Vaste focaal (=brandpuntsafstand)

Notities 7 1 film a
Christophe De Backer
Aspect ratio

Aspect ratio is in de audiovisuele techniek de verhouding tussen hoogte en breedte


van een film- of televisiebeeld.

16:9 (1.78:1) is het bekendste breedbeeldformaat. Hierbij is de breedte van het beeld
1,78 zo groot als de hoogte. Het is de standaard beeldverhouding van
breedbeeldtelevisies en van HDTV. Breedbeeld televisies hebben een aspect ratio van
16:9.

Voorbeeld van een 4:3 beeld.

Voorbeeld van een 16:9 beeld.

In de filmwereld wordt voor breedbeeldmateriaal een andere resolutie gebruikt de


filmwereld hanteert 1,85:1 en 2,35:1 als verhoudingen. Een breedbeeldfilm op
televisie zal dus zelfs met een breedbeeldtelevisie "zwarte balken" nodig hebben om
geen beeld verloren te laten gaan.

Verhoudingen zoals gebruikt in de filmwereld.

Notities 8 1 film a
Christophe De Backer
Een boek waar alles instaat dat je moet weten is
“The 5 C’s of cinematography: Motion Picture
Filming Techniques”.

Branching out from five central subject areas, the


five C's--Camera Angles, Conitinuity, Cutting,
Close-Ups, Composition

Beeldcomposities

ECU Choker CU

Head & shoulders Medium CU

Medium shot Medium long shot

Nooit door gewrichten snijden.


Of juist boven de knie of juist
onder de knie.
Notities 9 1 film a
Christophe De Backer
Long shot

Notities 10 1 film a
Christophe De Backer
Extreme long shot

Notities 11 1 film a
Christophe De Backer
Om diepte te creëren filmt met op ¾. Of op 45° van
het onderwerp. In de film heb je maar 2 dimensies.
Het gevoel van de derde dimensie kan je zo
meegeven aan de kijker.

Frontaal

Opmerking:

Goede personage lopen altijd van links naar rechts. De slechte personages
lopen altijd van rechts naar links.

Notities 12 1 film a
Christophe De Backer
 Objectieve camerahoek

De kijker identificeert zich met de camera. De camera zijn de ogen van de kijker.
De kijker is de onzichtbare toeschouwer. Er is geen interactie tussen de acteurs
en de camera.

 Subjectieve camerahoek
Eerst een kijkshot (ik kijk naar u) dan plaatst de camera zich op de plaats van de
acteur. Het beeld toont wat de acteur ziet.

 Dubbele look

In het naratievende wordt dit niet gedaan. Soms gebruikt men dit bij een
interview.

 Point of view
Camerastandpunt niet van de acteur, maar net ernaast. De kijker komt heel
dicht bij.

Notities 13 1 film D4
Christophe De Backer
Licht
Het RGB-kleursysteem is een kleurcodering, manier om een kleur uit te drukken als
een combinatie van de drie primaire kleuren Rood-Groen-Blauw, uitgaande van
auditieve kleurmenging. De hoeveelheid van elke primaire kleur die benodigd is om
de mengkleur te verkrijgen, wordt uitgedrukt in een getal dat kan variëren tussen 0
en 255.

Relatie RGB-waarde met de daarbij passende kleurweergave

CMYK (Cyaan, Magenta, Yellow, Key) is een systeem om met vier basiskleuren,
inclusief zwart, een groot aantal kleuren te kunnen verkrijgen door subtractieve
kleurmenging.

C staat voor Cyaan


M staat voor Magenta
Y staat voor Yellow
K staat voor Key (zwart)

CMYK - kleurenbuis

Notities 14 1 film D4
Christophe De Backer
R
Y M

Y = Yellow (geel
M = Margenta (soort paars
C = Cyaan (Appelblauwzeegroen)

G B

R G B : Hoofdkleuren

Y M C = Complementaire kleuren

R + G + B = wit
R+G =Y
Y + B = wit

De tegenovergestelde kleuren heffen elkaar op.


Y wordt opgeheven door B
G wordt opgeheven door M
R wordt opgeheven door C

Geldt voor alle kleuren.

De kleurtemperatuur bevindt zich tussen oranje en blauw. Als de kleurtemperatuur


stijgt is er meer blauw in beeld, daalt de kleurtemperatuur dan is er minder oranje.

Notities 15 1 film D4
Christophe De Backer
- Kinescoop
- Filmrecorder
Show komt op TV daar staat dan een camera met pellicule
om het op te nemen zodat het kan bij gehouden worden.

Live show

Broadcasting

Antenne

Na veel vijven en zessen konden de mensen thuis kijken


naar de show of film die werd uitgezonden.

Omdat er van tape (VHS) nog geen spraken was werd alles wat bewaard moest
worden van live shows opgenomen op pellicule. Om het dan terug uit te zenden was
het nog omslachtiger. Dan wordt de pellicule geprojecteerd via een projector die voor
een camera stond. Deze camera was dan verbonden met de antenne zodat de mensen
thuis naar de herhaling konden zien of een film.
Film om uit te zenden

Notities 16 1 film D4
Christophe De Backer
Het beste cinemasysteem ooit
gebouwd is SHOWSCAN. Het
is bedacht door Douglas
Trumbull. Een zotte
cameraman die dingen
uitprobeerde.

Een film op showscan is vrij


duur, dus er zijn er bijna geen.
De pellicule heeft een afmeting
van 70 mm en dit aan 60
beeldjes per seconden.

Resolutie per seconden → SD [Standaard Definition]

Framerate per seconden → HD [high Definition]

In video spreken we over pixels in beeld.

In film spreken we over korrel in beeld.

Notities 17 1 film D4
Christophe De Backer
VBV1

Filter wiel

Lens objectief
Optisch blok
Clear Filter
Low pass

De Clear Filter noemt men ook de Optical flat. Deze filter is een infrarood filter die
dient om het systeem stofvrij te houden. Hij houdt ook het infrarode licht tegen. Er
wordt natuurlijk rekening gehouden met de optische dikte.
Alle camera’s zijn gevoelig voor kunstlicht, vandaar deze filter.

Het Filter wiel van dichtbij bekeken.


Oranje

Oranje + ND Clear

Oranje + veel ND

De Low pass filter is een onscherpte filter. Deze wordt gebruikt om de Moiré effecten
weg te werken. Deze filter maakt je beeld eigenlijk onscherp.

Het Optisch blok bevat drie CCD’s. Dit dient om de kleuren te bepalen van het beeld.
Een CCD is eigenlijk monochroom en ziet geen kleuren. Vandaar dat er voor elke
CCD een filter wordt geplaatst om zo de kleurwaarde te meten.

De Rode CCD staat altijd onderaan


De Groene CCD staat altijd achteraan Kleurenfilters / Trimming filter
De Blauwe CCD staat altijd bovenaan

Notities 18 1 film D4
Christophe De Backer
AC | DC
AC: Alternating Current.
AC is in Angelsaksische landen de aanduiding voor wisselspanning, de letters zijn
de afkorting van de Engelse term Alternating Current. Op veel elektrische apparaten
voor aansluiting op het elektriciteitsnet staat deze aanduiding op het typeplaatje
aangegeven.

Wisselspanning in europa: 220 Volt of 380 Volt


In de VS: 110 Volt.

DC: Direct Current


Gelijkspanning is echter niet om te zetten met een transformator, waardoor het
gebruik ervan beperkt wordt tot lagere spanningen. Enkele toepassingen:

• Accu's (bijvoorbeeld auto's) geven een gelijkspanning af en worden met een


gelijkstroom weer opgeladen.
• Er wordt gebruikgemaakt van gelijkstroom bij elektrisch lassen.
• De treinen in Nederland en België rijden op gelijkstroom.
• Een opgeladen batterij of accu geeft een gelijkspanning.

In video & film maken we standaard gebruik van een 12 Volt gelijkspanning.

De kleurcodes in film, een rood kabeltje is altijd positief (verbonden met de + pool
van de bron) een zwart kabeltje is altijd negatief (verbonden met de – pool van de
bron).

Elektriciteit kan gevaarlijk zijn.

Notities 19 1 film D4
Christophe De Backer
Connectoren
Connectoren volgens de DIN – filosofie.

[DIN, is een afkorting van Deutsches Institut für Normung, normen opgesteld door de Deutscher
Normenausschuss te Berlijn in samenspraak met de Industrie en handel, de wetenschappelijke wereld
en de verbruikersverenigingen. De eerste DIN Norm verscheen in 1918. De afkorting was eerder ook
bekend als Das Ist Norm en Deutsche Industrie -Norm(en).]

In Europa is het voornamelijk de DIN – filosofie die we volgen. De enige uitzonderingen zijn
Engeland en Frankrijk.

DIN houdt in dat de 1ste pin negatief (–) is en de 4de pin positief (+). Maar dit verschilt toch
nog van land tot land. Daarom kan je beter altijd nameten als je met andere kabels werkt. In
Engeland & Frankrijk is het omgekeerd de 1ste pin is positief (+) en de 2de of 3de negatief (–).

De enige connector die standaard is in heel de wereld is de XLR–4 connector of de Canon 4-


pin.

4 = Positief (+)

XLR - 4

1 = Negatief (–)

De XLR – 4 is een 12 volt stroom kabel die gebruikt wordt om de camera te voeden.

Voltage en waar ze gebruikt worden


12V 24V 30V
Video Film Film
Film Licht (150 Watt) Licht (250 Watt)
Licht (100 Watt)

Notities 20 1 film D4
Christophe De Backer
Merken
Het beste merk (en duurdere) voor Audio connectoren is NEUTRIK. (Zie Bijlagen)

Voor film connectoren is dit en (Zie Bijlagen)

Enkele termen

SUN – GUN
Wordt gebruikt voor lampen van 150W tot 250W

CUT – OFF
Een functie in de camera. Als de batterij niet de nodige hoeveelheid spanning kan
leveren om de functie te vervullen die het onderdeel die het meest verbruikt te
voeden, valt de camera uit.
Bijvoorbeeld:
onderdeel A 12V
onderdeel B 6V
onderdeel C 4V

De bron levert 24V. Na intensief gebruik is de batterij nog maar in staat op 11V te
leveren. De batterij kan dus nog voldoende spanning geven aan de onderdelen B en
C. Maar onderdeel A niet meer. Dus onderdeel A werkt niet meer mee. Dit is
natuurlijk ondenkbaar bij een camera. Vandaar de CUT – OFF functie. Alle
onderdelen werken of geen enkel onderdeel werkt. Zo kunnen je opnamen niet
mislukken door camera mankementen.

Notities 21 1 film D4
Christophe De Backer
Serie & Parallel
We spreken van een serie schakeling als de stroom niet vertakt. Het kenmerk van een
serie schakeling is dat de stroomsterkte (I) over alle apparaten dezelfde waarde heeft.

1,5V + 1,5V + 1,5V = 4,5V

1,5 V De spanning stijgt


1A De stroom (A) blijft gelijk
Lamp 4,5 V
Stroom 1 A

1,5 V
1A
Cellen (Batrijen) in serie

1,5 V
1A

Bij een parallel schakeling zijn beide weerstanden op dezelfde bron aangesloten. De stroom
van de bron wordt dan verdeeld over de weerstanden. Het kenmerk van een parallel
schakeling is, dat de spanning over elke weerstand gelijk is aan de spanning die er in de
schakel is vlak voor de vertakking.

Weerstand
1,5 V
1,5 V 1,5 V 1,5 V 3A
1A 1A 1A

Notities 22 1 film D4
Christophe De Backer
Een batterij is een elektrotechnische component waarin
elektrochemische energie is opgeslagen, die als elektrische
energie - stroom - geleverd kan worden. Historisch wordt een
aantal parallel of in serie geschakelde elektrochemische cellen,
Leidse flessen of condensatoren een 'batterij' genoemd, in de
volksmond heeft de enkele cel van de batterij de naam van het
geheel overgenomen. Een auto-accu is een open, oplaadbare
batterij.
Een collectie cellen.

Er is dus een onderscheidt tussen cellen & batterijen.


Leidse flessen

Scheikundige mix

Batterijgordel
om elektriciteit op te
wekken.

7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah 7 Ah
1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V 1,2 V

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10

– 12 V +
7 Ah

In een batterij gordel zijn de batterijen in serie geschakeld. Zo blijft de stroom gelijk
maar wordt de spanning gecombineerd.

Een batterij gordel bestaat uit oplaadbare batterijen, met een maximum spanning van
1,2 volt. Een niet-oplaadbare batterij heeft een maximum spanning van 1,5 volt.

Er zijn dan nog batterijgordels van 13,2 volt en 14,4 volt. In deze gordels zitten dus 2
batterijen meer.

Notities 23 1 film D4
Christophe De Backer
Een camera lampje van 12 volt.

GY6,35 lamp

Een batterij gordel van 14,4 volt die net is opgeladen levert een spanning van ±16
volt. Deze gordel is ideaal om je camera te voeden, maar niet voor het lampje. Als je
de lamp aansluit om deze gordel dan springt de lamp. De ideale batterijgordel levert
een spanning van 13,2 volt, goed voor zowel de camera als de lampen.

Familie batterijen
Lood (Pb) (Zuur, gel, droog) Zware materialen, weinig capaciteit, lage weerstand, veel volume

Nikkelcadmium (Ni-Cd)
Nikkel-metaalhydride (NiMH)
Lithium-ion (Li-Ion) lichte materialen, veel capaciteit, hoge weerstand, weinig volume

Pb met zuur

Het oudste type oplaadbare batterij dat nog steeds gebruikt


wordt, is de lood-zuurbatterij (loodaccu) (natte cel). Dit type
batterij heeft als opmerkelijke eigenschap dat het vloeistoffen
bevat in niet-afgesloten containers, zodat de batterij te allen
tijde rechtop dient te staan. De ruimte waarin hij zich bevindt
moet goed geventileerd worden, vanwege de explosieve
combinatie van zuurstof en waterstof die vrijkomt als de
batterij wordt overladen. De lood-zuurbatterij is ook relatief zwaar in verhouding tot
de hoeveelheid energie die hij kan leveren.
Zeer sterke batterij en kan zeer veel capaciteit aan. Maar ook zeer gevaarlijk. De
loodzuur batterij wordt nu zo goed als niet meer gebruikt. De opvolger is de Pb – gel.

Pb-Gel

De gel versie is onderhoudsvrij. Is in elke stand


bruikbaar. bij het laden ontstaat minder gas, en het
gas dat ontstaat wordt door het sponsachtige
elektrolyt opgenomen, waarbij de zuurstof en
waterstof bij ontladen weer water wordt. Dit
gebeurt op dezelfde wijze als in een brandstofcel.

Wordt gebruikt bij maritieme toepassingen,


elektrische scooters.

Notities 24 1 film D4
Christophe De Backer
Nikkelcadmium (Ni-Cd)

De Ni-Cd accu is een droge accu. Dit betekent


dat er geen vloeistoffen in de accu aanwezig
zijn. Het grootste nadeel van de NiCd-
batterijen is het gebruik van het giftige
Cadmium. De NiCd-batterijen hebben last van
het zogenaamde geheugeneffect: wanneer een
NiCd-batterij steeds opgeladen wordt, terwijl
de batterij nog niet goed ontladen was, dan
neemt uiteindelijk de capaciteit af. De twee
grootste voordelen van Cadmium accu's zijn: Goedkoper dan andere oplaadbare
accu's en de hoogst af te geven stroom. Cadmium accu's zijn veel beter te gebruiken
in bijvoorbeeld elektrisch gereedschap met een zwaar belaste elektromotor.

De Ni-Cd bestaat zo’n 40 jaar. Het was de eerste type batterij dat door cineasten werd
gebruikt. Nu zijn de cineasten overgeschakeld op Li-ion.

De grote nadelen: Zelfontlading: ontlaad zichzelf als je ze niet gebruikt


Shelf – life: Gaat kapot als je ze niet gebruikt.
cycli: laden – ontladen

Nikkel-metaalhydride (NiMH)
Zo’n 10 jaar geleden zijn ze met dit type batterij op de markt gekomen. Er bestaan 2
types van. Een type met een lage weerstand (4 Ampère laden) en een type met een
hoge weerstand (2 Ampère laden).

De NiMH-batterijen hebben veel minder last


van het geheugeneffect zoals NiCD-batterijen.
De NiMH-batterijen kunnen echter minder
goed tegen te lage en te hoge temperaturen. Bij
lage temperaturen verliest de batterij zijn
lading en bij hoge temperaturen raakt de
batterij beschadigd. Bij welke temperatuur dat
gebeurt hangt sterk af van het merk en de
kwaliteit. Een NiMH-batterij kan beter niet
volledig ontladen worden. Bij elektronische apparatuur is dat geen probleem,
doordat deze apparatuur zichzelf tijdig uitschakelt, maar bij een zaklantaarn met een
gloeilampje kan de batterij volledig ontladen worden. Bij goed gebruik gaat de
NiMH-batterij veel langer mee dan een NiCd-batterij.

De eerste NiMH-batterijen konden weinig stroom leveren en hadden een lage


capaciteit. In de jaren 2000 tot 2006 zijn de capaciteit en de te leveren stroom sterk
verbeterd voor batterijen van dezelfde grootte. Er zijn al accu-cellen beschikbaar met
een capaciteit van 13Ah bij 1.2 V.

Notities 25 1 film D4
Christophe De Backer
Lithium-ion (Li-Ion)
De Li-ion batterij kan meer lading bevatten dan de NiCd- en de NiMH-batterij. Per
kilogram accu kan de grootste hoeveelheid energie opgeslagen worden (140Wh/kg).
In het laboratorium kan bij een testopstelling de Li-ion-accu ook veel vaker
opgeladen worden. Een duurdere constructie met een polymeer heeft nog betere
eigenschappen.
1 cel = 3,7V – 2A laden
In de praktijk blijkt de Li-ion echter
kwetsbaar. Bij veel apparaten zit een Li-
ion-batterij vast ingebouwd. Indien de
batterij stuk gaat, is het niet altijd rendabel
om nog een nieuwe accu te kopen.
Vanwege de chemische samenstelling is het
mogelijk dat Li-ion batterijen bij een defect
tot zelfontbranding komen. Daarbij komt
zuurstof vrij waardoor er flinke
steekvlammen kunnen ontstaan. Maar
wanneer de orginele lader voor de Li-ion batterij gebruikt wordt en de batterij wordt
gebruikt waar hij voor bedoeld is, is de kans op schade zeer klein. Een ander(minder
bekend) nadeel is dat de Li-ion batterij zijn capaciteit al begint te verliezen, gelijk
nadat hij gefabriceerd is. Bij 25 graden celsius is dit +/- 20 % per jaar, dit loopt op bij
hogere temperaturen.

Cylindrical LIB ,Innovative Structure Design

Notities 26 1 film D4
Christophe De Backer
Lithium-mangaanoxide
Dan is er nog de li-polymeer batterij. Maar dit is de batterij van de toekomst. Deze
heeft een vast elektrolyt en vloeibare elektroden. De elektroden zijn van natrium
(min) en zwavel (plus). Het elektrolyt is van aluminium- en natriumoxide, Deze accu
kan onbeperkt worden geladen en ontladen zonder dat de levensduur vermindert.
Nadeel is echter dat de accu op een hoge temperatuur moet worden gehouden,
minstens 300 graden, ook als de accu niet in gebruik is.

De meeste elektrische toestellen hebben een bereik tussen de 10,5 volt en 17 volt als
het toestel werkt op 12 volt. Dit wil dus zeggen als de bron die op je toestel is
aangesloten 13, volt levert kan het geen kwaad.

CUT- OFF van een toestel


volt

14 V
CUTT- OFF
12 V Het toestel valt uit

10,5 V

Tijd Ampère per uur (Ah)

12 V: nominale spanning theoretische spanning

Batterijen laden
Een batterijlader is enkel geschikt voor oplaadbare batterijen of accu's. Wanneer
gewone (niet-oplaadbare) batterijen in een batterijlader worden gedaan dan kunnen
deze gaan lekken of ontploffen. Daarbij kunnen bijtende chemische stoffen vrij
komen.

Altijd laden aan 1/10 van Ah.

Als je je batterijgordel van 12 volt met 7 Ah


Laden duurt 14 uur met 0,7 A We spreken van een TRAGE LADER

SNELLE LADER: Ni-Cd aan 4A in plaats van 1/10.


2 Ah → ½ uur laden.

Notities 27 1 film D4
Christophe De Backer
Spanninval
Als de batterij zijn volledig capaciteit heeft bereikt zet hij de bekomende elektriciteit
om in warmte (de batterij begint te zweten). Sommige batterijladers sturen op een
gegeven moment een impuls naar de batterij om te zien of er warmte wordt
afgegeven. Als dit het geval is spreken we van een spanningsval.

volt

12V
spanningsval

tijd

Nog een toemaatje over batterijen.


Het geheugeneffect.
De batterij denkt dat ze volledig vol is maar is het eigenlijk niet. Dit effect kan je
alleen bereiken in een labo.

Als je je batterij elke keer oplaat wanneer je 20% over hebt dan gaat de batterij
denken dat hij maar voor 80% moet werken. Dus als de batterij 80% is opgeladen
denkt hij dat hij aan de 100% zit.

Dit is geen waar, het is een verhaaltje. Het geheugeneffect wordt verward met
ongebalanceerde cellen.

Hoe kunnen cellen ongebalanceerde cellen worden?

Door bijvoorbeeld een batterij van 1,2 volt telkens volledig te ontladen (0%) en dan
terug op te laden tot 100%. Een batterij is niet graag volledig ontladen. Als je dit blijft
herhalen krijg je iets in deze aard:

Gordel 100%; Gordel na x aantal keer 0% - 100%

1,2 1,2 1,2 1,2 1,3 1,1 0 0,4


Gordel 0%;

0 0 0 0

Soms gebeurd het zelfs dat je de batterij ompoolt. De + is – geworden.

Notities 28 1 film D4
Christophe De Backer
Batterijen leven in familie
Zo sluit je batterijen aan:

Parallel:
– 12 V 20 Ah +

– + – +

12 V 12 V
10 Ah 10 Ah

Bij gebruik lopen de 2 batterijen GELIJKTIJDIG leeg.


Bij laden worden ze samen opgeladen.

Serie:

– 24 V 10 Ah +

– + – +

12 V 12 V
10 Ah 10 Ah

Bij gebruik lopen de 2 batterijen GELIJKTIJDIG leeg.


Bij laden worden ze samen opgeladen.

Notities 29 1 film D4
Christophe De Backer
Een camera objectief projecteert een ronde beeldvlek op een vierkante lichtgevoelige
plaat, waardoor er in de hoeken vignettering optreed.

Een voorbeeld van vignettering:

Vignettering is het afnemen van de helderheid in de hoeken van een afbeelding, ten opzichte van het midden.

In schema vorm:

Lichtgevoelige plaat

Goed belicht

Lens

Notities 30 1 film D4
Christophe De Backer
Standaard lens: ∅ 2
High speed lens: ∅ 1.4 Groot getal = kleine opening
Super speed lens: ∅ 1.2

Kleine
Grote hoek hoek

Groot pupil
Kleine pupil

Shading = kleurcorrectie
Lens Shading = Elektronisch de optische fouten gaan rechtzetten.
(de vignettering wegwerken)

Matrix;
Je de het bezien als een zeeslag bord. Elk rastertje wordt door de matrix
gecontroleerd. De matrix wordt vooral gebruik om fouten op te lossen. Bijvoorbeeld
om de vignettering weg te werken. Als een raster 5% minder heeft dan al de andere
rasters dan voegt de matrix bij dat rastertje 5% toe.

Je kan de matrix natuurlijk ook gebruiken om te foefelen; je kan bijvoorbeeld een


kleur vervangen. VB: Alles wat bordeaux is vervangen door rood.

Charge Coupled Device (CCD)


lensjes op CCD
De 3 redenen waarom er een glas voor de CCD staat:
CCD • Bescherming tegen vuiligheid en eventuele
vuiligheid af te kunnen vegen.
• Bescherming tegen infrarode stralen
• Moiré te vermijden

De low pass filter (glas) heeft een geribbelde structuur.


Drager (tape) Het maakt het beeld een beetje onscherp om moiré te
vermijden.

Glas Zo dun mogelijk maar dik genoeg dat je

Low pass filter


het kunt afvegen.

Infra Rood filter


Protection

Dit is het systeem bij VIDEO. Als er dus op het glas een vuiltjes ligt, zie je dit op all je
opnamen.

Bij PELLICULE is het anders daar is er een klein laagje vernis op de lichtgevoelige
plaat. Een vuiltje is dan maar 1 frame zichtbaar.

Notities 31 1 film D4
Christophe De Backer
Reflex camera Parallax camera

Pellicule maakt een snor beweging als hij in de lader zit.

In film spreekt men over feet (meter) om de tijd uit te drukken.


In video gebruiken ze minuten en seconden.

Notities 32 1 film D4
Christophe De Backer
25) Gate/ filmvenster.
Hier wordt de film belicht en het dus het beeld gevormd.

29) Buckle-trip afdekplaat


Als de pellicule in contact komt met de buckle-trip stopt de camera met werken.
Zodat de pellicule niet beschadigd/ scheurt. Het is een fail save.

Volledig lijst in blauwe cursus FCT 3 – 8.

Notities 33 1 film D4
Christophe De Backer
23) Revolverkop / tourelle
Een ronde draaischijf met verschillende lenzen. Het was vroeger sneller om aan
een schijf te draaien en van lens te verwisselen dan er een andere lens op te
plaatsen.

Volledig lijst in blauwe cursus FCT 3 – 8.

Notities 34 1 film D4
Christophe De Backer
17) Metrage aanduiding
Toont hoeveel meter pellicule er nog over is.

De metrage aanduiding en de tachometer (FCT14) zijn ALTIJD terug te vinden op


een filmcamera.

19) Inching wiel


Het brengt de spiegel (33) naar de viewing positie. Door aan het wieltje te draaien
kan je de pellicule beeld per beeld (frame per frame) door draaien.

Volledig lijst in blauwe cursus FCT 3 – 8.

Notities 35 1 film D4
Christophe De Backer
Mondiaal punt: De plaats waar het beeld zich vormt.

Inzoomen

1, 1.4, 2, 2.8 lengte objectief


diameter objectief

PITCH: afstand tussen dezelfde punten bij 2 perforaties (in de pellicule)

Pitch

Notities 36 1 film D4
Christophe De Backer
Het kwartskristal trilt en, dient om de motorsturing pulsen toe te dienen: 25 pulsen
per seconde met als resultaat = 25 omwentelingen per seconde van het mechanisme
en bijgevolg aan 25 beelden / seconde te draaien.

Enkele oude kristal onderdelen

Notities 37 1 film D4
Christophe De Backer
Soorten lampen

HMI (Halogen-Metalldampflampen) worden het


meest gebruikt in de cinema.

Verder zijn er nog CSI, CDI en Xenon lampen.

Filters plaatsen

pellicule

2 veer
3
1 5

Buckel-trip

1) Voor de lens. De ideale plaats om een filter te plaatsen.


2) In de camera een filter plaatsen (soms is er een filterwiel voorzien)
3) Achter de lens
4) Filterschuif
5) In de gate (of filmvenster) worden GEEN glazen filters geplaatst. Maar
gelatine.

OPMERKING: Hoe dichter de filter bij het filmvlak is hoe gevaarlijker voor stof of
haartjes die er op kunnen komen.

Notities 38 1 film D4
Christophe De Backer
La Nuit américaine (1973)

Nacht scènes overdag draaien!!!

Plot Summary:
A film company at work. Actors arrive and depart; liaisons develop. Julie, the
beautiful but possibly unstable lead, is recovering from a breakdown, aided by an
older physician, her new husband. Alphonse is insecure, he babbles. When his fiance
exits with a stunt man, he threatens to quit. Julie must convince him to stay.
Alexandre, a consummate pro on the set, runs back and forth to the airport hoping a
certain young man will visit. Severine, no longer young, hits the bottle and covers
blown lines with emotional outbursts. At the center is Ferrand, the writer director,
who must make constant decisions, answer a stream of questions, and deliver the
film on schedule.

Directed by: François Roland Truffaut

Date of birth (location)


6 February 1932
Paris, France
Date of death (details)
21 October 1984
Neuilly-sur-Seine, Hauts-de-Seine, France. (brain
tumour)

Notities 1 1 film D4
Christophe De Backer
Mon oncle (1958)

Plot Summary:
Hij werd onderscheiden met de Oscar voor beste buitenlandse film.

In deze film gaat Monsieur Hulot op bezoek bij zijn kleine neefje die samen met zijn
ouders in hypermodern huis woont. De ouders zijn namelijk eigenaren van een
gigantische plastiekfabriek. Hulot vindt het helemaal niets in het grote, lege kille
huis: de ultrastilistische stoelen zitten niet lekker, de afstandbediening waarmee het
elektronisch bestuurde huis bediend wordt, werkt niet. Het huis is kil, koud en
onpraktisch.

Monsieur Hulot merkt dat zijn neefje ongelukkig is: het kind mag namelijk geen
vriendjes meenemen want dan gaat de moderne kunst in het huis kapot, het joch
vindt ook geen warmte bij zijn ouders want die zijn altijd aan het werk. Hulot neemt
zijn neefje mee naar een nostalgische gezellige woonwijk waar het joch met zijn
vriendjes kan spelen. De boodschap is: kille decadentie is maar niets, oude
gezelligheid dat is wat een kind nodig heeft. De film eindigt met een scène waarin de
oude woonwijk plaats moet maken voor een hypermodern kantorencomplex.

"Mon Oncle" is een komedie waarin decadentie, moderniteit, hebzucht en de


onschuld van de jeugd centraal staan. De film bevat nauwelijks nog dialoog en het is
een observatie van een rijk maar ongelukkig gezin.

Directed by: Jacques Tati (Jaques Taticheffe)

Date of birth (location)


9 October 1909
Le Pecq, Seine-et-Oise (now Yvelines), Île-de-France,
France
Date of death (details)
4 November 1982
near Paris, France. (pneumonia)

Notities 2 1 film D4
Christophe De Backer

You might also like